Meningen

Rutte zegt (eindelijk) een waar woord: Timmermans juiste man op de juiste plaats!

Volgens de elsevier.nl editie van vandaag heeft Rutte over de benoeming tot Euro-commissaris gezegd:

De juiste man op de juiste plaats!

Daarin heeft Rutte eens een keer helemaal gelijk. Een nutteloze functie in een ondemocratisch tot stand gekomen commissie van een burger-onvriendelijk en ongeluk (oorlog) brengende organisatie als de Europese Unie is precies de plek waar een laffe PvdA politicus volledig op zijn plaats is.

Het beste van Timmermans is zijn bevlogen rede in de 2de Kamer over antisemitisme, overigens zonder door te hebben dat als je meent wat je zegt, je ogenblikkelijk Israël gaat helpen tegen de antisemitische Hamas, geen buigingen meer maakt naar het antisemitische Saoedi-Arabië en erkent dat Wilders met zijn Film de spijker beter op zijn kop heeft geslagen dan het eerdere na-apen van Obama met zijn Islam als godsdienst van de vrede.

 

Akkoord Zorg regering met oppositie

Vanmorgen meldt de Christen Unie trots dat we flink hebben kunnen besparen op de zorgkosten door goedkoper inkopen. We kunnen dus weer meer uitgeven. Het inzicht dat we snel de kosten van de zorg van de inefficiente overheid naar de burgers zelf terug moeten leggen is niet erg doorgedrongen. Kortom weer geen besparingen en dus belasting verlaging voor de burgers opdat zij zelf hun ziekten m je goed te verzekeren kostenverzekering op hun voorwaarden kunnen afsluiten. De belasting verlaging is dan natuurlijk meer dan nodig is voor het zelkf verzekeren omdat de onnutte kosten van overheidsbemoeienis (naar schatting 40% van de kosten) dan ook kunnen worden doorgestreept.

Groot Dictee Nederlandsche Taal van Van Kooten een belediging voor het Nederlands

Groene Boekje

Waarom denken mensen toch dat Het Groot Dictee Der Nederlandsche taal iets te maken heeft met de Nederlandse taal! In tegendeel: goed kunnen spellen is voor taal, taalbeleving, taalgebruik en taalcreativiteit van geen enkele betekenis; foutloos spellen toont alleen aan dat je in staat bent soms bizarre en ondoorgrondelijke regels goed toe te passen: bravo; echt iets voor Belgen om zich daarop te profileren; zonde van de schooltijd die opgaat aan het er inhameren van deze regels. Maar goed.

Belangrijker is dat de voorgelezen tekst niets, en dan ook niets met (levend) Nederlands heeft te maken. Niemand van de toeschouwers en deelnemers heeft ook maar iets begrepen van de inhoud van deze opsomming van ongebruikelijke woorden. Taal gaat nu juist om onderling te communiceren en daarom zal iedereen in onbruik geraakte worden willen/moeten vermijden. Een woordenboek is vooral om die oude en niet meer gebruikte woorden nog de betekenis achtergrond te kunnen opzoeken als je om wat voor reden dan ook gedateerde teksten leest. Je hebt ook hulp nodig als je middeleeuwse Nederlandse teksten gaat lezen.

De tekst van Van Kooten is dan ook een gospe en een aanfluiting voor het propaganderen van de mooie en rijke Nederlandse Taal.

Waarom zeggen al die deelnemers dat dit zo soort dictee’s zo belangrijk is voor de Nederlandse taal? Ik neem aan dat ze de idiote tekst van Van Kooten zien als zo iets als De Nieuwe Kleren van de Keizer!

 

De meest merkwaardigste en meest onleesbare Nederlandse tekst van 2013:

 

Na koffie gedronken te hebben, begon het Groot  Dictee.
Niettegenstaande de taalcriticus Charivarius zijn macedoine ‘Is dat goed Nederlands ?’, die verrukkelijke thesaurus vol linguïstische bêtises, publiceerde in 1940, zou het journaille anno hodie een raillerend exposé van onze pennenstrijd alsnog met dit piteuze zinnetje kunnen initiëren.

Zulke lammenadige anastrofes vernoemde de criticaster naar zijn tante Betje, in wier postale verbiage een heel aantal zeugmata,  polysyndetons en anakoloeten wiewauwde.

‘Een heel aantal’  is de contaminatie van ‘een groot aantal’ en ‘heel veel’; vanavond irriteren wij ons aan spelfouten, mitsgaders aan menig grammaticaal quid pro quo – emendeer mij!

Als men insinueert dat u heimwee heeft naar de leraar Nederlands als feniks, waarmee het zo is gegaan dat hij werkeloos achter de gerianiums zit, moet u niet paranoia reageren, aangezien die accusatie een vrijwel cliché is.

Het was veelbetekend hoe elke media  onwelwillig reflecteerde op de krankjorume tekst van het Koningslied, over wiens begeestering de godganse participatiemaatschappij zich streste.

U hoort ons inziens tot een van het gardekorps Nederlanders die menen dat de campertiaanse schrijfwijze van het adjectief verrukkelijk – het megafonetische neologisme vurrukkulluk – als voorkeurspelling te verkiezen had geweest.

Het is niet zozeer een fetisj voor spelling als wel het tot in de finesses breidelen van grammaticale valstrikken dat ons steeds overnieuw beschermt tegen een Babels imbroglio; mits dit verifiërende przewalskipaardenmiddel de enige wapening tegen nepmailtjes concretiseert.

Bijgevolg beseft u zich een pseudobancaire poging tot phishing zorgeloos te kunnen deleten dan u leest: Er is een inactieve activiteit op dit rekening plaatsgevonden. Want zodan onze zuiderburen zeggen: Menen ligt dicht bij Kortrijk maar verre van Waregem.

http://www.demorgen.be/dm/nl/992/Wetenschap/article/detail/1760618/2013/12/18/Het-Grote-Dictee-der-Nederlandse-Taal-2013-Een-przewalskipaardenmiddel.dhtml

Mijn muziek keuze Top 2000 (2013)

Ik luisterde vroeger naar Veronica. Zaterdag’s proberen de top-40 op cassette bandjes op te nemen. Ik spreek nu over de jaren zestig. Maar mijn platen verzameling bestond voornamelijk uit Jazz (Jimmy Smith, John Colterane, Ronald Kirk) en Klassiek (Beethoven, Tjchaikowsky, Carbina Burana, verder veel symphoniën). Bewust de komst van de Beatles en Rolling Stones meegemaakt (was Stones fan), en singeltjes van Them, Simon & Garfinkel). Grootse hype was “A Whiter Shade of Pale” wat een hele generatie ouders liet verzoenen met de verderfelijke pop-muziek. Iedereen was zo onder de indruk dat ik mij nog kan herinneren dat een keer de plaat op de radio drie keer achter elkaar werd opgezet (ja toen hadden ze nog gewone platenspelers in de studio) omdat iedereen het zooo mooi en indrukwekkend, ontroerend vond.

In studententijd: PinkFloyd, Credence Clearwater, Young, Jimmy Hendrix (Electric Ladyland).

Dus luister je ieder jaar naar de top 2000 van radio 2, want naar mijn gevoel komen de meeste nummers nog steeds uit de meest vernieuwende tijd van de moderne popmuziek: de laat 60-tiger jaren, en de 70/80-tiger jaren.

Voor het eerst mijn eigen keuze ingestuurd (gestemd). Hier mijn keuze:

Wat betekent Internet voor de Wereld?

internet overview

Toch is het goed je te realiseren wat internet het tot zo’n succes maakt en waarom het zo tot ingrijpende gedragsveranderingen aanzet. Internet heeft daardoor invloed op bijna alles wat we in het leven doen en moeten doen. Opmerkelijk is ook dat veel beroepsgroepen en activiteiten het internet de bijbehorende gedragsveranderingen van de consument wel zien aankomen, maar lang blijven denken dat dat aan hun wereld, gewoonten en business modellen wel voorbij gaat. Een grotere fout kan men niet maken: internet zal alles wat we tot zeg 2000 vanzelfsprekend, juist en voorspelbaar (consumenten) gedrag rekende op zijn kop zetten.

Dat geldt ook voor de politiek, de werkwijze en bezweringsformules van de politici en vooral voor hun producten: de juristerij van schriftelijke regels, beleidsvoornemens, wetsteksten, juridische procedures en rechtspraak.

Daar, die komende wijzigingen en hoe we daar wat betreft de grondwetten van onze maatschappij mee moeten omgaan, gaat deze blog over. Wat mij betreft zal het eerst en vooral gaan om de Inhoud van de grondwetten, en speciaal de grondwet van het Koningkrijk (?) der Nederlanden. En die inhoud wordt dan welliswaar moderner maar nog steeds in traditionele (juridische) teksten geformuleerd. Maar vervolgens moet aan de Orde komen hoe met de burgers communiceren over die grondwettelijke regels, hoe ze daarvoor het beste kunnen worden gepresenteerd (in een youtube video bijvoorbeeld) en hoe burgers dan die (grond)rechten die ze gegarendeert krijgen van hun overheid ook kunnen uitoefenen.

Dat zal voor veel politici en staatsrecht geleerden een te grote mate van mentale flexibiliteit vergen en men zal deze voorstellen minachten en dus vooral negeren. Daar zullen ze op den duur geen eer aan beleven.

En data is wat ik voorspel, niet omdat ik denk dat in anno 2013 de wijsheid in pacht heb, maar omdat internet sowieso en onvermijdelijk de spelregels gaat veranderen, en dat zal sneller gaan dan men denkt!

NSA spionage: waarom zeggen politici daar niet meer de juiste dingen over?

Het is zeer opvallend dat onze eigen politici, maar ook de Europese bestuurders inhoudelijk, zeer merkwaardig, en niet adequaat reageren op de gigantische elektronische spionage die Amerika uitvoerd ook bij bevriende naties. Het lijkt wel alsof Amerikaanse en Nederlandse politici denken dat als het gaat om email en internet opeens andere wetten gelden over bescherming van burgerrechten.

Om dit uit te leggen een paar opmerkingen vooraf.

Natuurlijk kan Amerika, Rusland, China en zelfs Nederland volhouden dat deze landen voor hun “eigen” veiligheid met name in oorlogssituaties buitenlandse mogendheden en burgers zullen bespioneren vanuit hun nationale veiligjeid. Dat feit neemt niet weg dat het land waarin en -over men dan spionneert dit altijd als verkeerd, staatsgevaarlijk en illegaal zal aanmerken. Vaak staat op spionage de zwaarste straffen. Als diplomaten worden betrapt worden ze uitgewezen, bij het land bekende spionnen komen het land niet meer in, of worden gearresteerd en voor de rechter gebracht. Dat geldt uiteraard voor vijandige landen en organisatie, maar ook voor neutrale en bevriende naties: spionage is illegaal en spionnen worden vervolgd. Dat is een grondregel vroeger en ook nu nog steeds.

Ook Nederland doet aan spionage, en heeft daar hopelijk goede reden voor, maar als het gaat om het bespioneren van eigen burgers dan gelden ook voor de inlichtingendiensten regels en zijn er toezichthouders en rechters betrokken bij het handhaven van die regels. Omdat per definitie natuurlijk spionage alleen effectief is als het undercover gebeurd voltrekt het stellen van de doelen waarop de spionage zich richt en de methoden die daarbij worden toegepast buiten ons dagelijks waarnemingsvermogen, maar die regels zijn er wel degelijk. Daarmee beschermen we de rechten van de burgers, die in ons (grondwettelijk) rechtsteem er vanuit mag gaan dat haar gangen, ideeen en opvattingen niet naar willekeur en continu door de overheid worden nagegaan en gedocumenteerd. Dat zijn namelijk de verwerpelijke DDR- Stasi technieken, een vorm van overheidscontrole die we naar we mogen hopen ook in Nederland nog steeds als verderfelijk zien.

Dergelijke burgerrechten regels gelden geldt ook bij het “resercheren” van “gewone” misdadigers: daar zijn strikte regels voor, en een onafhankelijke rechter dienst bij overtreding in het belang van het onderzoek door de overheidsinstanties vooraf toestemming te geven.

Nu is het natuurlijk mogelijk dat bevrienden naties hun spionage activiteiten coördineren en verdelen als er “gevochten” moet worden tegen een gezamenlijke vijand. We delen dan wederkerig onze gegevens uit en verdelen ook de werkzaamheden. Zo doen bondgenoten dat en ze halen het dan niet in hun hoofd om hun bevriende naties daarenboven ook nog eens te gaan spioneren.

Nu terug naar de feitelijkheid van het opereren van de NSA zoals die uit de openbaar gemaakte stukken van Snowden duidelijk zijn geworden:

1. de macht die de NSA gebruikt om wereldwijd het internet af te luisteren is gebaseerd op US wetgeving die is gemaakt na de aanval door islamitische fanatici op de Twin Towers in New York.  Er is in Amerika wel degelijk een discussie of het op deze schaal afluisteren van de eigen burgers past binnen de grondwet, maar het afluistren van NIET US burgers staat niet ter discussie, immers dat doet de VS al zolang het bestaat en dat wordt vanuit het Amerikaanse perspectief ook geheel legaal gevonden. Alles wat de NDSA doet wordt dus in de VS goedgepraat als methode de burgers tegen terroristische aanslagen te beschermen.

2.

EU begrijpt niets van zoekmachines

Search Engines = Newspapers

Certainly on the advertising front, both the EU and the US have supported more restrictions about what a publication can do versus its editorial content. Google ultimately is a publication, a guide to the web. Like a newspaper, it can publish whatever it wants. That’s been supported in the US; we’ll see if the EU takes a different view. More important, we’ll see if the EU decides to apply rules about what a search engine can or can’t do versus what Google can or can’t do.

Bing, Google’s chief competitor in many countries, highly touts its own vertical search engines. If it’s unfair for Google, as a search engine, to “favor” its own vertical search engines, then the same should be true for all search engines.

Also see my prior post on this topic, The New York Times Algorithm & Why It Needs Government Regulation. It takes the poor wisdom of an New York Times editorial suggesting that Google needs regulation and flips things around to illustrate how newspaper-like search engines are — and how no newspaper would want to be examined this way. It also touches on things that can be concerning about Google. Goodness knows, it’s not perfect.

But on the vertical search engine front, where does it end? Shopping search not allowed, but not image search? News search but no blog search? Only web search? Even that? Will Google be deemed so dominant that the only way to ensure competition is to literally force it to send people away to competitors?

 

http://searchengineland.com/the-incredible-stupidity-of-investigating-google-for-acting-like-a-search-engine-57268

 

http://searchengineland.com/google-results-too-ad-heavy-166226

Lastenverhogingen zijn geen bezuinigingen

Stoppen met de Euro en deze Europese Unie: op naar een nieuw Europa!

Het is lafheid van onze politieke leiders om lastenverhogingen bezuinigingen te noemen. Ik heb geen moeite met de doelstelling dat we uiteindelijk minder moeten uitgeven dan de overheid binnenkrijgt maar de weg daarna toe is anders dan die van de EU. De 3% norm is een norm voor al die landen die wel en een enkele NIET aan de afspraken houden. Nu geen enkel land zich aan de afspraken houdt (Ok Duitsland vrijwel wel) is het beter de Euro op te heffen dan een kortzichtige norm te hanteren, die laffe politici dwingen de lasten te vergroten.

Want van bezuinigingen is in de verste verte geen sprake. Lees het artikel op de dagelijkse standaard:

Als we kijken naar de uitgaven van de overheid (Rijk, provinciaal en gemeentelijk samen), dan is dat niet het geval. Sinds 2008 stijgen de overheidsuitgaven weliswaar minder snel dan in de periode 1996-2007 en de jaren ’70, maar ze stijgen nog steeds. De overheid heeft sinds het bestaan van Nederland nog nooit zo veel geld uitgegeven als vorig jaar.

In 2012 gaf de Nederlandse overheid 303 miljard euro uit.

In 2001 was dat nog 202 miljard.

In 1983 was dat nog 99 miljard.

In 1975 was dat nog 51 miljard.

De Nederlandse overheid gaf in 2012 24 miljard euro meer uit, dan het ontving. Dat overheidstekort is net zo groot als de totale overheidsuitgaven in 1970 samen. Alleen in 2011, 2010, 2009 en 1995 was er een groter overheidstekort in absolute euro’s. Het jaar 2012 staat daardoor op de 5e plek, qua grootte van het overheidstekort in de gehele Nederlandse geschiedenis. De 1e, 2e en 3e plek qua grootte van het overheidstekort waren alledrie jaren dat Rutte het kabinet leidde.

Wat de weg moet zijn is:

1. het stimuleren van de economische groei in Nederland die we de eerst komende jaren vooral en alleen zullen aanwenden om onze schulden weg te werken. DAT VRAAGT OM:

1.1. vertrouwen van de burgers en consumenten in de toekomst: DAT VRAAGT OM:

1.1.1. lasten verlaging (BTW is effectief, accijnzen zijn marktverstorend, belasting of energie, geen belasting op arbeid voor de werkgever, lokale belastingen minimaliseren)

1.1.2. zo weinig mogelijk wijzigingen van beleid: huizenmarkt van afblijven, inkomens herverdeling van af blijven, ww-uitkeringen afblijven, spaargeld en privé vermogens afblijven, pensioenen en pensioengerechtigde leeftijd wijzigen: van af blijven). Komt allemaal later op de agenda als we de boel weer op orde hebben.

1.2. het wegnemen van alle beperkingen, regelgeving die de economische activiteiten afremmen: alternatieve energie, EU regelgeving, vrouwen quota en dat soort van hobby’s  is weer tijd en aandacht voor als we de financiën op de rit hebben. het meest effectieve is natuurlijk afscheid nemen van de regelzucht van de EU en het Europese parlement.

2. Het per direct stoppen met uitgaven zonder enige meetbaar positief effect op onze economie. DAT VRAAGT OM:

2.1. per direct stoppen met het op grote schaal herverdelen van inkomen: Daar verlies je 40% effectiviteit mee; die besparingen direct teruggeven aan de burgers door inkomstenbelastingverlaging (alleen de laagste schaal). Dan heeft de burger 40% meer te besteden dan als ze het via de belastingen doet maar heeft wel zelf de verantwoordelijkheid dit dan niet uit te geven an vakanties, plezier, en andere luxe zake, maar te reserveren voor ziektekosten, inkomenstegenvallers, grote uitgaven, kosten van het opvoeden van kinderen, e.d.

2.2. alles wat kanootjes zijn: ontwikkelingshulp, subsidies aan clubs en bewegingen en de publieke omroep

2.3. inperken van de ambtenarij in zowel instituties (deelraden, autoriteiten, adviesraden, studiecommissies, e.d.). gewoon drie jaar lang elke subsidie aan wie dan ook stoppen en uitstellen.

2.4. stoppen met de Euro en terug naar een douane unie voor de EU. Alleen die beslissing maakt al dat we waarschijnlijk binnen twee jaar onze financiën op orde hebben.

Ook het Financieel Dagblad is gevallen!

Groot in het nieuws: ook het Financieel Dagblad is op 26 maart uitgekomen met een kleiner formaat krant. Niet het platvloerse Tabloid maar het chique Zwitserse Berliner formaat, tot voor kort vooral een formaat voorbehouden aan zogenaamde top kwaliteitskranten uit het Duitse taalgebied, die zich vooral kenmerkten door veel tekst, ingetogen koppen en nauwelijks foto’s, en bij ons voor de meeste mensen bekend van het oude formaat van Intermediair toen het nog inhoud had waar je in Nederland rekening mee wilde houden.

Ongetwijfeld is deze operatie voor het Financiële Dagblad een actie in het kader van de vlucht vooruit: “hoe redden wij het gedrukte dagblad van haar naderende ondergang”. Het antwoord of deze formaat-wijziging gaat helpen kan nu al gegeven worden: niet dus.

In tegendeel, want het grote formaat van de krant is bijna (afgezien van de in dit internet tijdperk nieuwe op de doelgroepen afgestemde wijze van berichtgeving) het enige pluspunt van een gedrukte krant.

Immers een krant is een zogenaamd browsend medium. Dat wil zeggen: niemand leest de krant van het eerste artikel op pagina 1 tot het laatste artikel op de laatste pagina, en uitsluitend in die volgorde! Iedere kranten lezer pakt uit het totale aanbod een kleine selectie, kriskras, soms van achteren naar vormen (geldt zeker voor ook voor tijdschriften). Als je meer tijd hebt meer artikelen, bij haast en kleine momenten van rust een aanzienlijk minder aantal.

En wat helpt bij het browsen door de koppen en artikelen, wat doet de sensatie van ik als lezer kies en ben tevreden dat ik ook nu weer wat van mijn gading gevonden heb, ja juist het formaat, hoe groter hoe efficiënter, sneller, accurater ik de beslissing kan nemen een artikel te gaan consumeren. En dat maakt, naast een paar ander zaken, die krant nog steeds superieur aan de zeer beperkende browsend vermogen van een doorsnee beeldschermpje waar de mensheid nu voor een groot deel van zijn informatie behoefte aan is veroordeeld.

Ik moet zeggen dat onze grootste kranten uitgever van Nederland De Telegraaf dat in ieder geval heeft begrepen, want na wat testjes is het nog steeds en groot formaat krant en zijn recente APP op de iPad is extreem ingesteld op de browsende functie.

Natuurlijk is het formaat niet doorslaggevend voor de kans om het gedrukte dagblad te laten voortbestaan. Aanpakken van de oude kosten, structuren, CAO’s, wijze en kosten van drukken, wijze en kosten van distributie, inhoud en onderwerpen selectie, positionering en doelgroep beleid zijn zeker even belangrijk. Maar waarom in deze tijd de bestaande kranten een asset zo gemakkelijk opgeeft is mij een raadsel.

belastingmoraal: kwartje van Kok hebben ook nog niet terug!

iaza16325725795800Het probleem met de overheidsfinancién is begonnen met het door de politici ondoorzichtig maken van de hele publieke financiering van de begroting, waarbij de burger geheel in het ongewisse is over:

– hoeveel belasting hij/zij betaald (niemand weet dat meer bij benadering)

– waarvoor die belastingen mogen worden uitgegeven (budgetrecht)

– hoe overheidstekorten worden gefinancierd met welk geld

Om dat fundamenteel te doorbreken moet er spoedig het volgende gebeuren:

– het aantal belastingen moet tot twee of drie vormen worden teruggebracht voor ALLE bestuurslagen tezamen.

– geld dat de overheid “verdient” aan exploitatie, respectievelijk de verkoop van overheidbedrijven dient terug gegeven te worden aan de burgers; simpelste oplossing is dat voor alle deelnames automatisch alle betrokken burgers aandelen in de door de overheid gestarte business krijgt in plaats van de overheid zelf. De overheid blijft wel de bedrijven leiden.

– inkomsten aan boetes dient één ker per jaar aan alle burgers te worden uitbetaald; overheidsactiviteiten mogen NOOIT uit boetes worden gefinancieerd.

169849_3851
Belastinggheffing is in moderne Europese democratie niet meer transparant

– burgers kunnen alleen belasting worden opgelegd, als zij ook invloed heeft op had kunnen hebben op de systematiek en de hoogte van de belastingen. Dus geen onroerendgeodbelasting, toersitenbelasting, etc voor zaken in een gemeente waar je niet ook op kandidaten voor de gemeenteraad mag stemmen.

– verder toestemming voor explicit financieren van bepaalde en besloten zaken, dus de overheid kan niet schuiven met posten. Als een voorgenomen actie  niet wordt gerealiseerd, niet wordt uitgegeven, gaat het terug naar de betrokken burgers.

– geen belastingen om inkomensoverheveling te bewerkstelligen; overheveling van risico’s (werkloosheid, ouderdompensioen, ziektekosten,  toelages, studiebeurzen, etc) gebeurt met (volks)verzekeringen en niet met geld uit algemene belastingen.

– belastingen dienen universeel te zijn: voor alle betrokken burgers, en dus niet dat een groepe burgers kan bepalen dan een andere groep burgers belasting moet betalen en maar zelf niet.

– overheidsfinancing gebeurd zo veel mogelijk door de burgers zelf: pensioenreserves, inkomstenvereffening, sparen voor later, overschotten van lagere overheden. Deze worden verplicht aangewend tegen een vaste rente van 0,01% per dag om (tijdelijke) overheidstekorten te financieren. Die rente is belastingvrij.

En tenslotte:

– de belastingen zijn redelijk, en beperkt; alleen dan zal geen enkele burger moeite hebben met hun deel van de financiering

NPO heeft het niet begrepen: de TV revolutie moet nog komen

De ‘internet/sociale Media” revolutie waar we op dit moment mee te maken krijgen, zal op de manier waarop de consument televisie kijkt en gebruikt nog radikaal gaan veranderen. Dat dat nog niet gebeurd is, heeft te maken met (a) het nog ontbreken van de juist techniek in de gemiddelde TV-toestel en (b) het feit dat de televisie-producenten zich nog kunnen wentelen in een onbegrijpelijke bescherming van hun business door wetten, regelgeving en vriendjes in de politiek. Maar het is onvermijdelijk dat hun kunstmatige monopolie tot de distributie van programma-streams van een min of meer herkenbaar format zal eindigen. Je kunt daarbij ook niet vertrouwen dat de vermeende kwaliteit van hun programma’s ze wel door moeilijke tijden heen zal helpen.  Dan helpt het label “Publieke Omroep” of “NPO” ook zeker niet.

Laten we eerst eens proberen te beschrijven wat de kenmerken van televisie zijn en waarom de TV zo in korte tijd populair is geworden:

1. TV doodt de tijd; een passieve tijdspassering van heel veel Nederlanders die anders niet zouden wat ze moeten doen met hun tijd; het verdrijft verveling dat dat vindt men geweldig.

2. Televisie is principieel niet INTERACTIEF. Het is een passieve tijdsbesteding waarbij het enige wat interactief is aan de afstandsbediening, de knop die je brengt naar een kanaal, die iets uitzendt dat past bij je stemming en belangstelling van dat moment, en waar je hoopt de rest van de tijd verder door de samenstellers van de zender te worden vermaakt. Dus hoe minder zappen hoe gelukker men dus blijkt te zijn.

3. Televisie kijken is een sociaal gebeuren. Het hoeft niet maar er is toegevoegde waarde door het gezamenlijk kijken, becommentarieren, delen en ondergaan van een programma. het geeft je ook in jouw sociale omgeving de onderwerpen waarover men kan praten. Het is dus sociaal door gezamenlijk kijken en door de generatie van gespreksonderwerpen. Overigens hoe meer kanalen en zenders hoe minder de rol van ‘social sharing!’

4. Televisie kijken is voor de kijker een goedkoop/gratis tijdspassering.

Als men deze kenmerken als uitgangspunt neemt dan constateren we verder:

a. achter een computer zitten, een tablet bedienen e.d. is een principieel andere activiteit: je moet in een interactieve mode zijn en je doet het in bijna alle gevallen in je éentje. je zit niet met een groep om een laptop of met een tablet op je schoot. het brengen van je computer op je TV heeft dus geen zin en ook het brengen van TV op je laptop heeft alleen zin, als je hem in je passieve stemming als TV gebruikt (het is en blijft een scherm nietwaar) of het programma een achtergrondskanaal is waarbij je daarnaast gewoon met andere dingen bezig kan zijn, zoals je de radio aan kan hebben staan terwijl je een rapport schrijft op je computer.

b.  een televisie kijker heeft behoefte snel een programma te vinden die past bij de stemming. dat gaat het beste als het (grote) aanbod van programma’s een grote mate van voorspelbaarheid hebben, zowel wat betreft inhoud als tijdstip. Mensen leren snel waar ze hun favorieten kunnen vinden. Daar hebben ze over het algemeen geen programmablad, internet voor nodig, wel vaak vrienden en aankondigingen.

c. Dus hoe beter een kanaal zich weet te profileren voor een bepaald consistent aanbod van programma’s, hoe sneller de gebruiker het juiste programma/zender weet te vinden. Hier zit juist het probleem van de Nederlandse Publieke Omroep: hun TV-zenders profileren zich onvoldoende. Voor de radio is het een ander verhaal.

Dus als de Publeike omroepen zich willen voorbereiden op de toekomst is niet de vindbaarheid van de individuelen programma’s van de “Publieke Omroep” als instituut op internet belangrijk, maar de profilering van de kanalen. Kijkers zoeken, als ze al op zoek zijn omdat hun vertrouwde zenders hen even in de steek laten, meestal niet naar progranmma’s, maar naar categorieën van programma’s.

Dan zijn er twee belangrijke ontwikkelingen die voor NPO van belang zijn:

1. het monopolie van het maken van (televisie)programma’s is doorbroken door de moelijkheid om tegen minimale kosten programma’s te maken. Op YouTube wordt zo veel materiaal gepubliceerd, dat meestal kosteloos toegankelijk is, en de kwaliteit van dat materiaal zal steeds groter worden, dan het aanboren van deze bron straks de consument een onuitputtelijke voorraad aan passende programma’s zal opleveren.

2. het wordt steeds vanzelfsprekender dat internet automaten geheel zelfstandig en zonder programma’s een video-stream kunnen leveren aan iedere consument op basis van kennis over gedrag en belagstelling gewoon aanwezig is op het internet en op de sociale media.

Aan het “monopolie van programma makers en zender-coördinatoren komt spoedig een eind.

Dat is effecten van het aansluiten van de TV op het internet; niet de interactiviteit van mensen, maar de gepersonaliseerde TV-aanbod dat in een sociale omgeving van de Social media wordt gepresenteerd. Netzo goed dat we voor het nieuws geen dagbladjournalisten meer nodig hebben, hebben we straks geen programma-makers en televisie-zenders meer nodig.

Als de de nederlandse Publieke Omroep zich op de toekomst wil voorbereiden is het beter te zorgen dat al die programma’s, als losse programma’s eenvoudig, gecategoriseerd en goedkoop voor gebruikers beschikbaar komen voor de kijkers die dan zelf (geautomatiseerd) een televisieavond zal samenstellen.

Er is bij veel ondernemers een onbedwingbare lust om naam, logo, huisstijl te wijzigen. Natuurlijk als je fuseert, een nieuw produkt lanceert of je business wijzigt kan het reden zijn voor een face-lift, maar ik ben er van overtuigd dat de drift van veel marketiers te “vernieuwen” voor de gemiddelde consument alleen een onrustig veroorzaakt. Verder hebben manegers de neiging de warde van het “Merk” van het bedrijf te overschatten ten opzichte van de positionering van het merk van een produkt. Uiteindelijk consumeren we producten en geen “bedrijven”! Al reis heeft in het boek “Focus” al met vele voorbeelden aangetoont dat bedrijven, als bekend merk, met een grote differentiate van producten veel slechter renderen dan bedrijven met één herkenbaar produkt waarbij naam van het produkt veel belangrijker is dan de naam van de vennootschap die het product voert. Het manegement van NPO valt dus in twee valkuilen: het overschatten van het belang van de naam van het bedrijf en het onderschatten van de negatieve effecten van wijzigingen van reeds ingeburgerde namen. Je zal maar je inkomen verdienen bij zo’n bedrijf!

Rules are for the weak and standard of excellence for the strong

We leven in moralistische tijden: politici en journalisten zijn de hele dag bezig de burgers de maat te nemen of men wel het goede gedrag vertoond en – dat is het meest kwalijke – de juiste opvattingen deelt en ventileert.  Het is blijkbaar de geest der tijd.

Afgezien van het feit dat dit gedrag onvermijdelijk zal leiden naar een repressieve maatschappij is er nog een ander opvallend effect: de roep om overheidsingrijpen en dus de ontwikkeling van procedures  (wettten) als er eens wat fout gaat of het juiste gedrag niet wordt vertoond.

Dit deed mij denken aan een management (sales) cursus (beste ooit) die ik in 2000, toen ik directeur werd van de Gouden Gids in Nederland,  heb gehad bij het voor de Yellow Pages toonaangevende bedrijf “The Berry Company” gevestigd in Dayton, Ohio (US) en feitelijk de uitvinder van de advertentie gedreven gecategoriseerd bedrijven gidsen die we naar de kleur van het papier waarop het werd gedrukt, gele (later in Nederland) Gouden Gidsen zijn gaan noemen.

Deze management cursus heeft grote indruk op mij gemaakt en definitief gebroken met (a) de eenzijdige beeldvorming die wij in Nederland over Amerikaanse bedrijven hebben en (b) het belang van op de lange termijn gerichte klantgerichtheid voor de continuïteit van het product en dus het bedrijf.

En van de uitgangspunten van Berry was dat de kwaliteit van de mensen, medewerkers, managers alleen bepalend zijn voor het succes van het bedrijf. En goede mensen hebben geen opgelegde procedures en regels nodig: dat is alleen voor de dommen! Politici begrijpen daar niets van, want volgens hen zullen er  regels zijn en moeten komen. Als dat de maat is voor hete inzicht van onze overheidsdienaren, dan is daarmee de domheid van de bureaucratie in Brussel nog eens duidelijk bewezen: een grotere onnutte regelgeving-machine als de Europese Unie is niet te bedenken!

Maar ook het bedrijfsleven heeft er veel last van: regels, gebrek aan delegatie, gebrek aan vertrouwen (in de ondergeschikten) en vooral focus op korte termijn. Wat dat betreft is het nuttig eens te kijken naar “The Ten Truth” van The Berry company. Ze zijn leerzaam en openen ogen:

 

The Berry Company: The Ten Truth | Blueprint for Succes

 

 

 

 

Hoe haal je de economie van Nederland onderuit? de Gouden Standaard!

Ik zat net (14 februari 2012; 10:00u) op de televisie te kijken naar de slechte berichten over de staat van de Nederlandse economie (die recessie werd door de journalisten na afloop gebagatelliseerd; ook dat past in het huidige tijdsbeeld: politici en journalisten lijken niet te zien wat er bij de burgers en de het MKB aan de gang is: armoede, pessimisme  opsouperen van de reserves; dus de grote klap gaat nog komen). In de gepresenteerde cijfers kwam het desastreuze effect van de BTW verhoging van 19% naar 21% even ter spraken. Ik moest toen aan Hendrik Colijn denken en zijn Gouden Standaard.

In de geschiedenis lessen werd vroeger als we het hadden over de grote recessie van de 30-tiger jaren er aan herinnert dat de ellende voor Nederland werd verergerd omdat onze regering, onder leiding van de wat kleurloze en naïeve Colijn (militair en carrière ambtenaar) heel lang hebben vast gehouden aan de zogenaamde GOUDEN-standaard. Kenmerk van de oplossing van het vasthouden aan de Gouden standaard is dat het veronderstelt dat monetaire maatregelen een economische crisis zal oplossen. En dat is natuurlijk niet zo. dat kan alleen economische groei en dus meer consumptie.

Hendrik Colijn

We kijken nu met enige dedain naar de figuur van Colijn: de naïeveling die maar niet kon geloven in de nieuwe economische inzichten van geleerden als Keynes. Ik denk dat over vijftig jaar wij naar de huidige politici en ambtenaren van Nederland en de Europa zullen kijken als allemaal een soort Colijn-figuren: hardleers, naïef, en vooral ook leugenachtig. Wat er bij komt is nu misschien ook die kwalificatie van leugenaars, want het is duidelijk dat de huidige generatie politici over de economische werkelijkheid en de goed weg te gaan vooral huichelen.

Wat is anno 2013 de Gouden Standaard? De 3% begrotingsnorm van de Europese Commissie! Het is deze norm en het ziekelijke gedrag van de gemiddelde Nederlandse Haagse politici (en hun kritiekloze journalisten-vriendjes), die norm als een heilige opdracht op te vatten. Dat heeft veroorzaakt dat de de politici van het zogenaamde Kunduz-akkoord zo trots waren op de desastreuze maatregel van BTW verhoging naar 21%. Hoe bekrompen kan je zijn.

Laat er geen misverstand over bestaan dat (grote) overheidstekorten op termijn natuurlijk funest zullen zijn voor de welvaart in een land. je zult toch wel stom zijn om de welvaart die binnen een land uiteindelijk wordt gegenereerd voor een groot deel weer te besteden aan het afbetalen van rentes in plaats van daarvoor de welvaart van je burgers te vergroten, respectievelijk goede werken te verrichten. Deze goede werken kunnen zijn milieu-verbetering, het helpen van andere landen, het steunen van de armen, en verzorgen van de zieken.

Dus natuurlijk moet je als overheid stoppen met uitgaven die nu even niet nodig zijn, de hobby’s van onze politici, het steunen van franse boeren, geld uitgeven aan nieuwe leden van de EU, geld storten in de bodemloze put van de Griekse staatsobligatie-houders (= speculanten aangemoedigd door Prodi), etc. Kortom er is ook op het punt van verminderen van de overheidsuitgaven veel te winnen op korte termijn. Maar dat zou eigenlijk niet het onderwerp van de kabinetsformatie in dit voorjaar hebben moeten zijn.

Want er is maar één manier om overheidstekorten effectief en snel weg te werken en dat is het veroorzaken van economische groei. En het is niet de overheid die voor die groei zorgt, maar uitsluitend de ondernemende burgers. De overheid kan alleen maar stimuleren en belonen. Dus alles zou door de regering gedaan moeten worden om:

– burgers te stimuleren ondernemer te worden of te blijven (krediet-faciliteiten, arbeidsmarkt-versoepeling, (vennootschaps) belasting verlagingen, handelsbetrekkingen stimuleren, regels en bureaucratie opheffen.

– investeringen in onderwijs die gericht is op het beter kunnen doen van onderzoek en research waaruit nieuwe economische activiteiten kunnen ontstaan.

– goedekope grondstoffen voor de industrie (met name energie), dus geen heffingen, belastingen en quota.

– aanleggen van infrastructuur waarmee economische activiteiten worden geholpen

– burgers meer vrij inkomen te geven om te consumeren

Dus: minder regels, geen politieke hobby’s die de economie beperken, maar vooral belastingverlagingen. Dus substantiële BTW-verlagingen zouden zinvol zijn geweest, en niet het monetaire instrument van lage rentes, want dat helpt alleen het inkomen van spaarzame burgers te verminderen. Lees verder “Hoe haal je de economie van Nederland onderuit? de Gouden Standaard!”

Politiek Manifest

Politiek Manifest
Schrijven Politiek Manifest

Je kunt geen grondwet schrijven zonder een politieke stellingname over hoe je de maatschappij en het land zou willen inrichten. Daarom hier een eerste poging voor een politie manifest:

1: Nederland is souverein en blijft dat.

2: Nederland (land, mensen, samenlevingsvormne, waarden) is het waard om tegen anders denkende te beschermen en te verdedigen

3. Nederlanderschap is uniek en een voorrecht

4. Nederlander worden een gunst over de toekenning we aan nioemand verantwoordling hebben af te leggen.

5. De NL maatschappij is gebaseerd op tolerantie; tolerantie is wederkerig: we zijn alleen tolerant tegen mensen, groepen en ideëen die andermans ideen ook tolereert: anders wordt je verdreven

6. Daar hoort een ongenuanceerde vrijheid van meningsuiting bij: mensen worden veroordeeld op daden en niet op meningen

7. De overheid zorgt primair voor rust, veiligheid en het handhaven van een rechtstaat waarbij iedereen gelijk wordt behandeld door de staat.

8. De overheid zorgt verder voor het financieren van maatschappelijk relevante infrastuctuur: verkeer, communicatie, energie, medische voorzieningen, basis onderwijs en voor mensen die niet zelf of door anderen (sociale cohesie van de burgers onderling) kan worden geholpen. De rest is ondernemerschap en markt.

9. Erkenning dat de overheid de individuele problemen van de burgers niet zal en kan oplossen. De burgers zorgt zelf voor het inrichten van zijn leven en daarin voort te komen.

10. Ondernemerschap is vrij en een recht van iedere burger; overheid stimuleert ondernemerschap als moter van onze welvaart.

11. Onze rol op de rest van de wereld is eerlijk handeldrijven en samenwerken in het belang van Nederland. Verder hebben we in de wereld niets te zoeken en te doen; ook niet op de Antillen.

12. Alle uitgaven van de Overheid hebben expliciete toestemming (maximale hoogte en doel) van de bevolking nodig. Er wordt alleen belasting (progressief) geheven op inkomen. andere belastingvormen zijn er niet: Dit voor de transparantie van onze bestuurders.

13. De overheid is er niet voor het geluk van de individuele belangen van de burgers, maar creeert maar probeert het geluk voor alle burgers zo goed mogelijk te optiomaliseren. Het is de taak van de burgers daarbij de overheid te helpen. Dus geen clientisme en lobbyisme.

Zal worden verbetert. graag uw mening.

Oplages van kranten groeien in Azië nog steeds

Wat lezen we op Dutchcowboys: “Wereldwijd groeien de oplages van kranten nog“.

Het lijkt een vreemde mededeling in het Internet Tijdperk, maar als je je realiseert dat die groei bijna geheel wordt veroorzaakt door groei in de Azië ook weer goed te begrijpen:

Kranten zijn een typisch middenklasse product voor gezinnen die zijn gesetteld: huisje, boompje, beestje. En dat een groep die juist wat in veel Aziatische landen nu snel aan het ontstaan is. Verder zal overal waar de krant een plek krijgt in het dagelijkse routine van dat middenklasse gezin zal het een gewenst en uiterst sterk product blijken te zijn. Voor de grote on-line doorbraak in Nederland werd de neergang van de oplages voornamelijk veroorzaakt door het feit dat we het tijdperk van de jeugd hebben verlengd van 20 naar ruim 30 jaar; dan pas komt “huisje, boompje, beestje” en prompt nam men dan ook een kranten abonnement.
Verder zal men een krant nemen en willen behouden als de inhoud aansluit bij de lezers (differentiëren) en de prijs goed is. Wat hebben we in Nederland sinds de 80-tiger jaren gedaan: (1) onder druk van de bedrijfseconomie (aanschaf van nieuwe dure persen) is er tot fusies en tot minder differentiatie overgegaan, en (2) terwijl de IT juist flexibel edities had moeten kunnen creëren is de krantenwereld opgescheept geworden met de meest beroerde en kostbare ICT die men kan bedenken die niet ten dienste stond van het creëren van een slimme product/marktcombinatie; (3) is de redactie arrogant met de rug naar haar lezers gaan staan, en(4) hebben de RadenvBestuur en directie gedacht dat in de krantenwereld de wetten van de prijselasticiteit niet bestaan en dus de prijzen van advertenties (even dodelijk voor de oplages; advertenties moeten voor de lezers waardevolle aanvulling zijn op de inhoud) en die van de abonnementen excessief verhoogd.
Ik weet dan ook zeker dat een deel van het succes van de oplagegroei in Azië wordt veroorzaakt door (nog)markt conforme prijzen.
De niet te ontkennen neergang van de kranten business in de westerse wereld is uiteraard voor een deel het gevolg van het internettijdperk (andere gewoontes in gezinnen), maar voor een groot deel toch gewoon veroorzaakt door de directies en redacties zelf.

Wat als we de spellingsregels afschaffen?

OK, we hebben bedacht dat we schoolkinderen een door heel geleerde studeerkamer-deskundigen samengestelde spellingslijst, het groene boekje, met bijbehorende spellingsregels foutloos moeten leren toepassen. In zo’n systeem moeten onze onderwijzers en leraren deze onmenselijk taak wel laten uitvoeren en zullen ze die regels wel ongeveer moeten kunnen toepassen en uitleggen. Onmenselijk omdat werkelijk geen Nederlander voor 100% foutloos – uit zijn hoofd – volgens de wet kan (leren) spellen.

Groene Boekje

Maar los daarvan, spellingsregels in de huidige vorm zijn nutteloos en dienen geen ander doel dan dat heel veel mensen een minderwaardigheidscomplex aan te praten. Want vanaf dag één op school worden we gehersenspoeld, dat foutloos spellen hééél belangrijk is en dat het niet foutloos kunnen spellen laat zien hoe (a) dom je bent, (b) en je dus niet verder kan leren, (c) én dus niet vooruit komt in de echte wereld en tenslotte, de ergste kwalificatie: (d) dan ook niet zuiver kan denken.

Kortom niet goed (kunnen) spellen maakt van je een maatschappelijke paria. Hoe diep die afkeuring verankerd is, blijkt wel uit de voortdurende uiterst aggressieve toon die taalpuristen voortdurend uitstoten. Over haatzaaien gesproken!

Lees verder “Wat als we de spellingsregels afschaffen?”

A-sociale ambtenaren

BBC commentator Jeremy Clarkson

Onlangs hielden de vakbonden van de ambtenaren in het Verenigd Koninkrijk een grote landelijke 24-uurs staking. Die staking ging over de voorstellen om de pensioenen te versoberen ingegeven door de huidige financiële en dus economische crisis.

Over het algemeen werd de staking door de rest van de Engelsen gelaten ondergaan. De media had er natuurlijk de onuitgeproken sympathie voor, maar opeens werden de eindbewoners hard wakker gemaakt door een beroemde commentator bij de BBC in een satirisch talk-show Top Gear. Daar durfde Jeremy Clarckson de stakers te dreigen met doodschieten. Hier het omstreden citaat:

 ‘Frankly, I’d have them all shot. I would take them outside and execute them in front of their families. I mean, how dare they go on strike when they have these gilt-edged pensions that are going to be guaranteed while the rest of us have to work for a living?

Ik ga er maar even vanuit dat het eerste deel – gezien de setting van het programma – niet al te letterlijk werd bedoeld, maar u begrijpt het al, de “hele wereld” viel over Jeremy heen: “Schande!”, hoe durf je hardwerkende ambtenaren zo te bejegen.

Dat effect leidde de discussie af van het tweede deel van zijn uitspraak: “hoe durven ze te gaan staken terwijl ze een goud-omrande pensioenregeling hebben dat ze gegarendeerd willen hebben voor de rest van hun leven terwijl anderen daar nu hard voor moeten werken!”

En daar heeft Clarckson natuurlijk alle gelijk van de wereld: de stakers zijn egoïstische burgers. Immers wat ze zeggen: als het slechter gaat met het land willen wij daar niets van merken, de rest, die toch al hard door de economische crisis zal worden aangepakt, hebben ook even te zorgen voor het op peil houden van onze arbeidsvoorwaarden en pensioenen.

En dat is natuurlijk ongekend egoïstisch. Natuurlijk het hoort bij de natuur van de vakbonden, “niet wij maar zij (overheid, werkgevers, zelfstandigen, betalen“, “niet de vakbondsleden die werknemer zijn, maar de stommeriken die geen lid worden zullen boeten” maar in dit geval is de a-sociale insteek wel heel gênant.

Ik denk dat we in Nederland dezelfde discussie kunnen voeren over de opvattingen en uitkomsten van de pensioen discussie van de vakbonden, werkgevers en de overheid. Ook hier wordt de rekening bij anderen neergelegd. A-sociaal dus.