Tag: zwijgrecht

  • Enige gedachten over ons strafrecht

    Enige gedachten over ons strafrecht

    Dit is een reactie op een artikel van Toon Kasdorp (gepubliceerd op 14-12-18) op de site veren-of-lood.

    Het strafrecht kan alleen maar fatsoenlijk zijn en door burgers worden geaccepteerd als het op waarheidsvinding is gebaseerd, zonder onderscheid naar aard van de misdaad en betrokken getuigen en verdachten.

    Dat werkt alleen als iedereen in dat proces: politie, rechercheurs, officieren OM, rechters daarvan overtuigd zijn en daarna handelen. Dat vereist ook onbesproken integriteit. Daarop moeten alle betrokkenen ook uitdrukkelijk op worden geselecteerd.

    Verder moeten uit het strafrecht alle procedures worden gesloopt die waarheidsvinding in de weg staan:
    – geen verjaringen
    – procedures moeten vooral zijn gericht op het voorkomen van insluipen vooroordelen over verdachten bij onderzoekers en rechter
    – geen ‘recht’ op zwijgen verdachten; zwijgen is waarheidsvinding tegenwerken en moet mogelijk als bekentenis worden opgevat; medewerking moet worden beloond in bepalen strafmaat.
    – geen geneuzel over (fouten) in aanslag: rechter stelt vast dat verdachten niet eerder voor het voorliggende vergrijp is vervolgt; rechter bepaald niet alleen of verdachte schuldig is, maar ook schuldig waarvan. Wanneer de ten laste ligging tijdens proces wordt gewijzigd krijgt verdachte altijd gelegenheid tot adequate verdediging. 
    – onrechtmatig bewijs gaat in de rechtszaak om de waarheidsvinding te achterhalen gewoon mee met de kennis van rechters en Officieren. Onrechtmatig verkregen bewijs is strafbaar en dus vervolgbaar voor de overtreder.
    – privacy is nooit een reden om niet aan correcte waarheidsvinding te kunnen voldoen. Schending van privacy is minder belangrijk dan het verkeerd of ten onrechte of niet correct op basis van waarheidsvinding veroordelen of vrijspreken van daders.
    – Pas na vaststellen waarheidsvinding, volgt overwegingen over eventuele ziekte, stoornissen, verzwarende/verlichtende omstandigheden: rechter stelt eerst vast de waarheidsvinding en dus de schuld van de verdachte. In die uitspraak moet onderscheid worden gemaakt tussen:

    • bewezen onschuldig (verdachte heeft recht op schadevergoeding omdat hij ten onrechte verdachte is geweest en dat heeft altijd impact)
    • geen verdere vervolging door gebrek aan bewijs (dus verdachte zou ook schuldig kunnen zijn en eventueel later op kunnen worden alsnog vervolgt). In dat geval verdachte nooit recht op schadevergoeding, zeker niet als dat gebrek aan bewijs mede is gebaseerd op niet medewerken (zwijgen, liegen) in de onderzoeksfase.
    • schuldig met onderbouwing van bewijs.

    Splits rechtszaak over vraag ‘schuldig’ van rechtszitting over strafmaat en strafoplegging

    Daarna moet een andere (rechters)college, bij voorkeur aangevuld met door lot geselecteerde burgers) op basis van de gedane arbeid (en dus geen marginale toetsing mer van het bewijs bewijs) een straf bepalen. Bij toerbeurt zouden aan dat college willekeurig gekozen burgers moeten worden toegevoegd.
    – Als er straf is opgelegd komt pas de vraag: heeft de verdachte (psychiatrische) medische verzorging nodig, die dan tijdens de strafoplegging kan worden verstrekt.

    Verder zou het mooi zijn als de rest van de burgers en journalisten/bloggers op internet/sociale media en de media (oud en nieuw) zich willen schikken in het principe van onbevooroordeelde waarheidsvinding.